“Dit is saai!” Hoor je dat wel vaker? Of loopt het kind weg van een spel? Voor ouders en leerkrachten van kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong is het een constante uitdaging om spelletjes boeiend te houden. Deze kinderen doorzien patronen razendsnel en verliezen hun interesse als er geen nieuwe uitdagingen zijn.
De sleutel? De zone van naaste ontwikkeling én variatie!
Een blog in samenwerking met Maxime Hidding, kinderfysiotherapeut en sensorisch integratie specialist bij Kinderfysiotherapie Hidding
Waarom herhaling niet werkt
Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong hebben vaak een brein dat continu op zoek is naar nieuwe prikkels en verbanden. Herhaling kan voor hen frustrerend zijn, omdat ze het gevoel hebben dat ze niets nieuws leren. Dit betekent dat sommige spelletjes, waarbij dezelfde handelingen steeds opnieuw worden uitgevoerd, snel hun aantrekkingskracht verliezen. Het is daarom belangrijk om creatief te zijn en spelletjes steeds net iets anders aan te bieden.
De zone van naaste ontwikkeling: precies genoeg uitdaging
De zone van naaste ontwikkeling (ZNO) is het gebied tussen wat een kind zelfstandig kan en wat het met hulp kan bereiken. Het is dé plek waar kinderen zich prettig voelen: ze worden precies genoeg uitgedaagd om het interessant te houden, zonder dat ze overvraagd raken. In deze zone voelt leren als een prettige spanning, een prikkelende uitdaging die motiveert om door te gaan.
Maxime Hidding
Maxime Hidding, kinderfysiotherapeut en sensorische integratie specialist van Kinderfysiotherapie Hidding legt uit dat het belangrijk is om spelletjes zo aan te passen dat ze binnen deze zone vallen. “Je kunt bijvoorbeeld bestaande spellen net iets uitdagender maken door er beweging aan toe te voegen of door de regels aan te passen.”
Hoe maak je spelletjes spannender?
Een eenvoudige manier om spelletjes uitdagender te maken, is door bewegingselementen toe te voegen. Maxime geeft een praktisch voorbeeld: “Bij Halli Galli kun je de bel vijf meter verderop zetten. Zo moeten kinderen niet alleen nadenken over wanneer ze mogen slaan, maar ook fysiek in actie komen.” Dit maakt het spel niet alleen leuker, maar ook leerzamer.
Een ander voorbeeld is het gebruik van grote vloercijfers bij rekenspelletjes. Kinderen kunnen dan naar het juiste antwoord rennen in plaats van stil te zitten en het antwoord te geven. Dit soort aanpassingen combineert cognitieve en motorische vaardigheden en houdt kinderen betrokken.
Combineer cognitie en motoriek
Het combineren van cognitieve en motorische vaardigheden werkt bijzonder goed bij snelle denkers. Een leuk idee is om ‘Commando Pinkelen’ te spelen met steeds complexere bewegingsreeksen. Of gebruik een dobbelsteen waarbij elk getal gekoppeld is aan een specifieke beweging, zoals springen of kruipen.
Maxime benadrukt dat ook eenvoudige activiteiten veel effect kunnen hebben: “Gebruik bijvoorbeeld grote dobbelstenen bij jonge kinderen. Laat ze dobbelen en vervolgens door de ruimte bewegen op de manier die bij het gegooide cijfer hoort – spring als een kikker of loop als een krab.”
Bouw geleidelijk op
Een belangrijke tip is om de moeilijkheidsgraad geleidelijk op te bouwen. Begin met eenvoudige taken en voeg steeds meer uitdaging toe naarmate het kind groeit in zijn vaardigheden. Bijvoorbeeld:
- Start met het herkennen van getallen op dobbelstenen.
- Voeg daarna optelsommen toe.
- Introduceer vervolgens fysieke uitdagingen, zoals rennen naar het juiste antwoord of springen over obstakels.
Door deze stappen op te bouwen, blijft het spel uitdagend zonder overweldigend te worden.
Creativiteit als sleutel
Creativiteit speelt een grote rol in het aantrekkelijk houden van spelletjes voor snelle denkers. Maxime vertelt: “Soms zijn kleine aanpassingen al genoeg om een spel weer interessant te maken. Leg bijvoorbeeld kussens neer als ‘stapstenen’ waarover kinderen moeten springen voordat ze bij de bel van Halli Galli mogen slaan.”
Deze creatieve benadering zorgt ervoor dat zelfs bekende spellen telkens weer verrassend blijven.
Het resultaat: spelen met plezier
Door slim gebruik te maken van de zone van naaste ontwikkeling, variatie en bewegingselementen kun je ervoor zorgen dat snelle denkers geboeid blijven tijdens een spel. Het resultaat? Samen (weer) plezier beleven aan het doen van een spel.